Dezelfde betekenis (synoniemen)

1 driestheid, overmoed, stoutmoedigheid, vermetelheid

Betekenis:

Het onbevreesd en felmoedig zijn ondanks mogelijke risico's of gevaren.

Voorbeeld:

Zijn onversaagdheid blonk uit tijdens de gevaarlijke expeditie.

2 branie, onverschrokken, courage, dapperheid, durf, flinkheid, guts, koenheid, lef, moed

Betekenis:

De eigenschap om moedig en vastberaden op te treden, zelfs in risicovolle situaties.

Voorbeeld:

Zijn onversaagdheid in tijden van crisis inspireerde zijn team.

3 onverschrokkenheid

Betekenis:

De eigenschap van vastberaden en zonder vrees te handelen.

Voorbeeld:

De onversaagdheid waarmee zij de bergtop beklom was bewonderenswaardig.

STORE 

BRON: Open Multi-Lingual WordNet, https://omwn.org/

Ziet u fouten in de woordenlijst? Of staan er ongewenste woorden tussen? Laat dan hier een bericht voor mij achter.